Skip to main content

Het NatuurCollege stond dit jaar in de Trouw Duurzame 100 op nummer tien in de categorie Onderwijs en Wetenschap. Een erkenning die goed voelt voor ons, en daarnaast laat zien dat er daadwerkelijk iets in beweging is in Nederland.

Toch bleef er na afloop een ongemakkelijke gedachte hangen. Want terwijl de duurzame sector zich graag presenteert als vernieuwend en toekomstgericht, blijft de samenstelling van haar voorvechters opvallend homogeen. De groene bubbel is overwegend welvarend, wit en stedelijk. De duurzaamheidsbeweging weerspiegelt zo de sociaal-economische bovenlaag van de samenleving, en niet haar volle breedte.
Ik herinner me het sterkst vocalist Shishani op de gitaar en zingend in diens moedertaal over een historisch uitgesloten perspectief. “Forget to remember” zingt Shishani. Vrijheid en rechtvaardigheid worden ongelijk verdeeld in een systeem waarin sommige groepen solidariteit krijgen, maar veel anderen structureel onzichtbaar blijven.
Ik schrijf dit als iemand die zelf deel uitmaakt van die dominante groep – wit, welvarend, randstedelijk. Dat brengt een zeker ongemak met zich mee. Toch zie ik dat juist daar een rol ligt: om de stilte hierover in eigen kringen te doorbreken. Recent werk in Environmental Sociology benadrukt hoe ecologische transities sociale grenzen kunnen versterken, wanneer de zeggenschap over “de toekomst” vooral in handen blijft van sociaal bevoorrechte groepen.² We moeten waken voor een reproductie van een machtssysteem.
Dit vraagt om een vorm van reflectie die gaat over rechtvaardigheid: wie produceert kennis, wie bepaalt wat goed is (voor de toekomst van de planeet en al haar leven)?³ Sociologisch onderzoek laat zien dat milieubewegingen vaak worden gedragen door wat Pierre Bourdieu de cultureel dominante klasse noemde: groepen met symbolisch kapitaal die bepalen welke waarden als universeel gelden.
In die zin is de groene transitie niet alleen een ecologische of technologische uitdaging, maar ook een sociale. En vernieuwing vraagt om iets wat moeilijker is dan roepen om verandering.
Ruimte om eens een podium te geven aan een ander.
Om een opvolger te kiezen die níét op jou lijkt.
Om een samenwerking aan te gaan die niet vanzelfsprekend voelt.
Dat is spannend — maar precies daar gebeurt het.
Want zodra je echt luistert naar iemand die anders denkt, merk je iets bijzonders: je verschillen blijken vaak kleiner dan je dacht.
We kunnen daarvoor kiezen. Een oproep die we ook aan onszelf richten om meer stappen hierin te zetten.
_Luka Blankevoort
¹ Bourdieu, P. (1984). Distinction: A Social Critique of the Judgement of Taste. Harvard University Press.
² Taylor, D. E. (2016). The Rise of the American Conservation Movement: Power, Privilege, and Environmental Protection. Duke University Press.
³ Fricker, M. (2007). Epistemic Injustice: Power and the Ethics of Knowing. Oxford University Press.
X